'Die nacht sliep ik slecht'
14 april 2015
‘We gingen met een aantal collega’s naar de begrafenis. Ik reed mee met mijn collega Alie en haar man Aalt. Ik merkte aan Alie dat er iets niet goed ging. ‘Aalt, doe even gewoon, blijf er even bij.’ Ik kon Aalt alleen vanaf de achterbank zien en ik zag dat hij zich uitrekte en zijn lichaam achterover strekte.
Ik hoorde een zware ademhaling. Ik dacht dat hij aan het hyperventileren was, maar later begreep ik dat dit gasping was. Alie bleef maar roepen naar Aalt.’
Ze zetten de auto aan de kant en met de noodvervoersgreep Rautek wordt Aalt uit de auto getild. Meteen wordt er begonnen met de reanimatie. ‘Nu moet ik eraan!, schoot door mijn hoofd. Ik plaatste mijn handen op zijn borstkas en gaf een flinke druk. Ik verwachtte eigenlijk een dreun van Aalt. Maar de dreun bleef uit. Voor mij gaf dit de doorslag om door te gaan. Het werd helder in mijn hoofd en ik zag alles erg duidelijk. Even twijfelde ik over de hoeveelheid borstcompressies.’
Ilse reanimeert en vrij snel is de politie ter plaatse. Deze komen helpen, maar de beademing gaat een paar keer fout door het verkeerd plaatsen van een mondkapje. Dan arriveren ook de ambulances. Deze nemen de reanimatie over en nemen Aalt mee naar het ziekenhuis.
‘Thuis ben ik met een kop thee op de bank gaan zitten. Ik was verdwaasd, moe en mijn hele bovenlijf deed pijn: armen, schouders, alles. Ik belde mijn man op zijn werk en vertelde het hele verhaal. Die nacht sliep ik slecht.’
Hoe het afliep met Aalt en hoe Iris uiteindelijk omging met de reanimatie, leest u in het boek ‘Help, ik heb gereanimeerd!’ In dit boek leest u wat het uitvoeren van een reanimatie met je kan doen en vindt u tips over de nazorg.